Spring naar content

Basisbehoeften – Wat werkt?

Of iemand gemotiveerd is en kan blijven hangt onder meer af van het vervullen van hun psychologische basisbehoeften autonomie, betrokkenheid en competentie (ABC).

Voor meer achtergrondinformatie kun je de verdiepingsartikelen over basisbehoeften raadplegen. Lees verder om te ontdekken wat werkt bij het voeden van de basisbehoeften.

 

Het belang van het ABC

Autonomie is de behoefte aan zelfstandigheid en de vrijheid om eigen keuzes te maken. Betrokkenheid is de behoefte aan positieve sociale relaties met anderen, je willen conformeren aan je sociale groep. Competentie is het vermogen om acties uit te voeren en grip te hebben op een situatie. Als mensen geen autonomie, betrokkenheid of competentie ervaren, wekt dat vaak weerstand op en vermindert de motivatie om mee te doen aan een interventie. Het is dus belangrijk om er in alle interventies rekening mee te houden.

Autonomie

De volgende elementen helpen bij het ruimte geven aan iemands autonomie:

  • Benadruk waar mogelijk keuzemogelijkheden. Eventueel kun je geschikte opties voorselecteren. Laat iemand meebeslissen bij het opstellen van planningen en (haalbare) doelen.
  • Benader iemand als een gelijke. Als je je als hulpverlener dominant en hiërarchisch opstelt kan dat iemands externe locus of control versterken, dat is het gevoel dat de controle over gebeurtenissen in je leven buiten jezelf ligt.
  • Wanneer er geen alternatieve keuzes zijn, leg dan goed uit waarom dat zo is.
  • Met nudging kun je iemand die je verschillende opties aanbiedt in de juiste richting sturen. Door de keuze open te laten, maar een subtiel zetje te geven voelt iemand zich nog steeds autonoom.

Betrokkenheid

De volgende elementen helpen iemands gevoel van betrokkenheid versterken:

  • Betrek de ander zoveel mogelijk bij het hulpverleningstraject en de manier waarop dat wordt ingevuld. Laat de ander feedback geven op de manier van werken en op de voortgang, om samen te kunnen reflecteren op de doelen en het hulpverleningstraject in het algemeen. Met inzicht en inspraak werk je niet alleen aan meer betrokkenheid, maar respecteer je ook iemands autonomie en competentie.
  • Door het (gewenste) gedrag van anderen uit de peer-group als voorbeeld te stellen stimuleer je ze dat gedrag over te nemen.
  • Toon oprechte interesse. Refereer bijvoorbeeld naar voorgaande gesprekken om zo te laten merken dat de ander je aandacht heeft.
  • Zorg dat je in mails en brieven aandacht hebt voor de ontvanger en maak de tekst zo persoonlijk mogelijk.

Competentie

De volgende elementen kunnen helpen om iemands gevoel van competentie te vergroten:

  • Wanneer mensen weinig vertrouwen hebben in hun eigen kunnen, kan het helpen om trajecten en taken in kleine stukjes op te delen. Op die manier ervaren ze steeds succes bij het afronden van een kleine deeltaak, waardoor hun vertrouwen in eigen kunnen toeneemt.
  • Geef complimenten en positieve feedback. Focus op wat er goed gaat en richt je op iemands sterke kanten. Daarbij gaat het niet om iemands persoonlijkheid (Je kunt goed plannen.) maar om het gedrag en handelen (Wat goed dat je een gestructureerde planning hebt gemaakt met doelen en acties.).
  • Onderzoek toont aan dat mensen die dichter bij hun einddoel komen gemotiveerder worden om dat te bereiken. Maak daarom voortgang zichtbaar, zodat iemand kan zien dat de eindstreep dichterbij komt.
  • Geef duidelijke en heldere kaders zodat de ander weet wat er van hem verwacht wordt.

Babcock, E. (2014) Using brainscience to create new pathways out of poverty. Boston: Crittenton Women’s Union.

Brink, C. (2010) Methodebeschrijving Motiverende gespreksvoering: Databank Effectieve sociale interventies. Utrecht: Movisie.

Deci, E. L., & Ryan, R. M. (2002). Self-determination research: Reflections and future directions. In E. L. Deci & R. M. Ryan (Eds.), Handbook of self-determination research (p. 431–441). University of Rochester Press.

Deci, E. L. & Ryan, R. M. (2002). Overview of self-determination theory: An organismic dialectical perspective. Handbook of self-determination research, 2, 3-33.

Deci, E.L. & Ryan, R.M. (2000). Self-determination theory and the facilitation of intrinsic motivation, social development and well-being. American Psychologist vol. 55 no 1, Jan 2000, 68-78, https://doi.org/10.1037/0003-066X.55.1.68

Evers, E.R.K. (2015). Sets. How the Organization Affects Judgments & Choice. Tilburg, Nederland: Tilburg University.

Marylène Gagné (Ed.) (2015). The Oxford Handbook of Work Engagement, Motivation, and Self-Determination Theory. New York: Oxford University Press.

Mullainathan, S., & Shafir, E. (2020). Schaarste: Hoe gebrek aan tijd en geld ons gedrag bepalen. Amsterdam: Maven Publishing.

Ryan, R. M., & Deci, E. L. (2017). Self-determination theory: Basic psychological needs in motivation, development, and wellness. New York: The Guilford Press. https://doi.org/10.1521/978.14625/28806

Simonse, O., Wilmink, G. & van der Werf, M. (2017). Effectieve manieren om verantwoord financieel gedrag te bevorderen. Nibud, Wijzer in Geldzaken. https://www.nibud.nl/wp-content/uploads/effectieve-manieren-om-verantwoord-financieel-gedrag-te-bevorderen-jan2017.pdf

Tonnon S., Madern T., Kruithof M., Stallen M., van der Laan J., Jungmann N., van Geuns R., van Dijk Wilco W. (2018). Kennis in uitvoering: Een verkenning van de kennis die professionals gebruiken in de uitvoering van de schuldhulpverlening en de mate waarin die kennis berust op wetenschappelijke bewijsvoering. Utrecht, Nederland: Lectoraat Schulden en Incasso.

Van den Broeck, A., Ferris, D. L., Chang, C. H., & Rosen, C. C. (2016). Review of

Self-Determination Theory’s Basic Psychological Needs at Work. Journal of Management, 42(5), 1195-1229. http://doi.org/10.1177/0149206316632058.

Van der Laan, J., Goede, W., Van Doorn, M., van Geuns, R. (2017) Een gedragsgerichte benadering van armoede. Van beleid naar uitvoering. Amsterdam: Lectoraat armoede interventies. Hogeschool van Amsterdam

Vijlbrief, A. & van Mourik, K. (2020) Wat werkt bij de aanpak van armoede en schulden. Utrecht: Movisie.